De helft van starters begint wooncarrière in private huurwoning

Den Haag, maandag, 23 juni 2025.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek onthult een opvallende trend in de Nederlandse woningmarkt: in 2023 startte 50% van nieuwe huishoudens hun wooncarrière in een private huurwoning. Bijna één op de vijf starters stroomde direct door naar een koopwoning. Deze cijfers tonen de uitdagingen voor jonge huishoudens bij het vinden van geschikte woonruimte en de dynamiek van de huidige woningmarkt.
Woningmarkt voor starters in beweging
In 2023 begon de helft van alle nieuwe huishoudens hun wooncarrière in een private huurwoning [1]. Uit onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat 50 procent van de starters deze route kiest. Bijna een vijfde van deze groep wist vervolgens direct door te stromen naar een koopwoning [1]. Dit patroon onthult de complexe dynamiek van de Nederlandse woningmarkt, waar jonge huishoudens worden geconfronteerd met uitdagende instapvoorwaarden.
Demografische verschuivingen
De woningmarkttrends laten interessante verschuivingen zien. In totaal waren er in 2023 560000 starters op de woningmarkt, waarvan 338000 nieuwe huishoudens vormden [1]. Tussen 2021 en 2023 groeide het aantal startende huishoudens met 14 procent, deels beïnvloed door de instroom van Oekraïense vluchtelingen [1]. Opvallend is dat ook het aantal starters dat met andere huishoudens samenwoont toenam, met 17 procent tot ruim 60000 in 2023 [1].
Toekomstperspectief
De Nederlandse woningmarkt blijft dynamisch. Onderzoek toont aan dat van de 452000 woningen waar verhuizers in 2023 introkken, meer dan de helft huurwoningen waren: 29 procent private huur en 27 procent sociale huur [1]. Voor starters betekent dit een uitdagende maar niet onmogelijke markt. Toch wijzen andere bronnen erop dat de wens om een koopwoning te bemachtigen afneemt, vooral bij mensen met een modaal of lager inkomen [2].