Bezuinigingen VWS: zorgstages en sport in de knel
Den Haag, dinsdag, 22 oktober 2024.
VWS snijdt 250 miljoen in subsidies. Zorgstages, sport en preventie worden hard geraakt. Stagefonds stopt na 2027, sportaccommodaties krijgen 28 miljoen minder. RIVM levert 20 miljoen in. Onverzekerden krijgen minder hulp. Wel extra geld voor medicijnen en vape-controle.
Politieke beslissingen en gevolgen
De drastische bezuinigingen van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) onder leiding van minister Agema en staatssecretarissen Maeijer en Karremans, hebben tot veel beroering geleid. In totaal wordt er 250 miljoen euro gesneden uit diverse subsidieregelingen, wat een aanzienlijke impact heeft op zorgstages, sportaccommodaties en preventieprojecten[1][2]. Deze maatregelen zijn ingegeven door eerdere afspraken in het hoofdlijnenakkoord, waarin een totale besparing van 1 miljard euro op subsidies is vastgesteld, waarvan een kwart door VWS moet worden gerealiseerd[3].
De harde klappen voor zorg en sport
Het Stagefonds, verantwoordelijk voor het financieren van stageplekken in de zorg, verliest zijn subsidie na 2027, wat een jaarlijkse besparing van 122 miljoen euro oplevert[2]. Deze beslissing werd mede genomen vanwege een tekort aan stagebegeleiders, aldus minister Agema. Sportverenigingen worden eveneens getroffen; zij zien hun budget voor bouw en onderhoud van accommodaties met 28 miljoen euro verminderd worden[1][2]. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) moet 20 miljoen euro inleveren, en subsidies voor innovatieve zorgonderzoeken worden volledig stopgezet, wat een besparing van 36 miljoen euro oplevert[1].
Preventie en maatschappelijke impact
Naast de zorg en sport worden ook preventieve initiatieven en hulp aan kwetsbare groepen geraakt. Organisaties zoals het Voedingscentrum en het Trimbos-instituut krijgen minder financiële middelen, terwijl de subsidies voor zorg aan onverzekerden worden gehalveerd[1][4]. Ondanks deze forse bezuinigingen, heeft VWS besloten om 30 miljoen extra uit te trekken voor de beschikbaarheid van geneesmiddelen en 3 miljoen euro voor de controle op illegale vapes[3]. De maatschappelijke gevolgen van deze bezuinigingen zijn aanzienlijk, met name door de impact die ze kunnen hebben op de toegankelijkheid en kwaliteit van zorg en preventie.