Ministerie Zwijgt Over Gevaarlijke Milieueffecten van Staalslakken in Wegenbouw

Den Haag, vrijdag, 16 mei 2025.
Het ministerie van Infrastructuur verdoezelde de gevaren van staalslakken, voornamelijk veroorzaakt door Tata Steel, terwijl Rijkswaterstaat deze ondanks risico’s in wegen gebruikte. Dit leidt tot ernstige milieuproblemen.
Onthullingen en Reacties
Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft jarenlang de gevaren van staalslakken als bouwmateriaal verzwegen, ondanks eerdere problemen met milieuvervuiling. Uit onderzoek blijkt dat vanaf 2010 Rijkswaterstaat is aangespoord om staalslakken te gebruiken in wegenbouwprojecten, ondanks dat intern bekend was dat dit materiaal onacceptabele risico’s voor milieu en gezondheid met zich meebrengt [1][2]. Het gebruik van deze slakken leidde tot verontreiniging van bodem en oppervlaktewater, waarbij dode vissen en vervuilde sloten zijn aangetroffen rondom de N31 in Friesland [2][3]. Hoogleraar Rob van Eijbergen noemt de gang van zaken ‘niet integer’ [1].
Ecologische Impact
In 2014 werd de Haak om Leeuwarden als proefproject gebruikt, ondanks eerdere bezwaren en waarschuwingen over de milieu-impact van de gebruikte staalslakken [2][4]. Het ministerie heeft op verzoek van Tata Steel een verklaring afgegeven die stelde dat staalslakken geen afval zijn, om de regelgeving te versoepelen voor hergebruik; een keuze die haaks staat op de toenemende kritiek vanuit milieubewuste organisaties en lokale bestuurders [2][3][4]. Het gebruik van staalslakken leidde op meerdere locaties, zoals langs de A15 en A28, tot significante schade en hoge kosten om de vervuiling aan te pakken [3][5].
Politieke Gevolgen en Toekomstperspectief
Als gevolg van de recente onthullingen wordt er politieke druk uitgeoefend om het gebruik van staalslakken opnieuw te evalueren. Staatssecretaris Chris Jansen overweegt nu een wettelijk verbod op het gebruik van dit bouwmateriaal, hoewel hij eerder volhield dat staalslakken veilig zijn ‘mits goed toegepast’[1][5]. Ondertussen eisen lokale bestuurders en milieuorganisaties dat de overheidsinstanties hun verantwoording nemen en maatregelen treffen om toekomstige vervuiling te voorkomen. Het publieke debat over de integriteit en transparantie van het ministerie woedt volop, met de Algemene Rekenkamer die benadrukt dat vroege ingrepen cruciaal waren geweest om de ernstige milieugevolgen te beperken [4][5].