OM vervolgt voormalig ABN AMRO-bestuurders niet wegens gebrek aan bewijs

OM vervolgt voormalig ABN AMRO-bestuurders niet wegens gebrek aan bewijs

2024-12-18 economie

Amsterdam, woensdag, 18 december 2024.
Het Openbaar Ministerie heeft besloten voormalig bestuurders van ABN AMRO niet te vervolgen in de witwaszaak. Ondanks een betaling van €480 miljoen in 2021, is er onvoldoende bewijs.

Uitgebreid onderzoek toont geen strafbare feiten aan

Na een diepgaand onderzoek door de FIOD concludeert het OM dat er onvoldoende bewijs is om de vier voormalige bestuurders, waaronder Gerrit Zalm, persoonlijk aansprakelijk te stellen [1]. De bestuurders hebben tijdens hun termijn actief gewerkt aan het naleven van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) [1][2]. Hoewel deze inspanningen achteraf niet het gewenste effect hadden, waren er volgens het OM geen andere maatregelen beschikbaar die de problemen sneller hadden kunnen oplossen [1].

Einde aan periode van onzekerheid

De beslissing van het OM maakt een einde aan een lange periode van onzekerheid voor de betrokkenen [2]. Deze zaak heeft wel al eerder gevolgen gehad voor enkele bestuurders: zo moest Chris Vogelzang zijn functie als CEO van Danske Bank neerleggen en deed ook Gerrit Zalm afstand van zijn commissariaat bij dezelfde bank [2]. De bank zelf nam in 2021 wel verantwoordelijkheid door een transactie van 480 miljoen euro te betalen aan de Nederlandse staat [1][3].

Vergelijkbare uitspraak in ING-zaak

Deze uitspraak komt op dezelfde dag als het besluit om ook voormalig ING-topman Ralph Hamers niet te vervolgen voor vergelijkbare beschuldigingen [3][4]. In beide gevallen concludeert het OM dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs is voor persoonlijke strafrechtelijke vervolging [3]. Wel benadrukt het OM dat banken een cruciale rol hebben als poortwachter om het financiële systeem tegen witwassen te beschermen [1].

Bronnen


OM Witwaszaak