Rotterdam onder vuur: Drugscriminaliteit escaleert in woonwijken
Rotterdam, woensdag, 2 oktober 2024.
Explosies en beschietingen teisteren Rotterdamse buurten. Bewoners vrezen voor hun veiligheid. Jongeren vanaf 14 jaar worden ingezet voor gevaarlijke taken. De gemeente grijpt in met creatieve maatregelen, maar is het genoeg?
toenemende dreiging in rotterdam
De afgelopen maanden zijn verschillende Rotterdamse wijken opgeschrikt door een reeks gewelddadige incidenten. Mark, een bewoner van een getroffen buurt, heeft meerdere explosies van dichtbij meegemaakt. ‘Tussen mijn huis en het doelwit van de explosies zitten maar een paar huizen,’ vertelt hij. De eerste explosie veroorzaakte paniek in de wijk en bracht iedereen ‘s nachts op straat. Bij de tweede explosie groeide de bezorgdheid over de veiligheid exponentieel. Hoewel de politie extra toezicht houdt en camera’s heeft geplaatst, lijken deze maatregelen onvoldoende[1].
jongeren betrokken bij drugscriminaliteit
Wat de situatie nog schrijnender maakt, is het feit dat steeds jongere jongeren worden ingezet door de drugsbendes. Jongens van slechts 14 jaar oud worden gebruikt voor gevaarlijke taken zoals het plaatsen van explosieven en het hanteren van automatische wapens. ‘Het gaat echt de verkeerde kant op,’ zegt Mark. De gemeente Rotterdam probeert nu met creatieve maatregelen, zoals het tijdelijk veranderen van straatnamen naar namen die drugsgebruik zichtbaar maken, het bewustzijn te vergroten. Straatnamen zoals Cokesingel en MDMA-laan moeten de bevolking bewust maken van de risico’s van drugsgebruik en de daaruit voortvloeiende criminaliteit[1].
bewoners overwegen te vertrekken
De impact van de toegenomen drugsgerelateerde criminaliteit is groot. Veel bewoners overwegen hun wijk te verlaten vanwege de onveiligheid. Mark maakt zich zorgen over de veiligheid van zijn kinderen. ‘Bizar. Blijkbaar deinzen dit soort mensen nergens voor terug,’ zegt hij. De gemeente Rotterdam werkt hard aan het zichtbaar en bespreekbaar maken van drugsgebruik en de bijbehorende gevaren, maar het blijft de vraag of deze maatregelen voldoende zijn om de situatie te verbeteren[1].