Nieuwe armoedemeting onthult: minder maar ernstiger armoede in Nederland
Amsterdam, donderdag, 17 oktober 2024.
CBS, SCP en Nibud introduceren een nieuwe armoedemeting. In 2023 leefden 540.000 Nederlanders in armoede, 3,1% van de bevolking. Hoewel dit aantal daalde, nam de ernst van armoede toe. Amsterdam spant de kroon met 6,6% armen.
Een nieuwe definitie
De nieuwe meetmethode voor armoede, ontwikkeld door CBS, SCP en Nibud, presenteert een scherpere blik op de realiteit van armoede in Nederland. Voorheen werden meerdere armoedegrenzen gehanteerd, wat leidde tot inconsistenties. Nu wordt gekeken naar zowel inkomen als direct inzetbaar vermogen. Dit resulteert in cijfers die niet alleen het aantal armen laten dalen, maar ook de ernst van hun situatie blootleggen. In 2023 leefden 540.000 mensen in armoede, een aanzienlijke daling ten opzichte van 2018, toen 7,1% van de bevolking als arm werd beschouwd[1][2].
De ernst van het tekort
Ondanks de daling in het aantal armen, is de diepte van de armoede toegenomen. Huishoudens in armoede moeten nu gemiddeld 16% onder de armoedegrens leven, een stijging van 6% ten opzichte van 2018. Deze verslechtering treft vooral werkende armen, een groep die steeds meer vertegenwoordigd is in de armoedestatistieken. Veel deeltijdwerkers en zelfstandigen, werkzaam in sectoren zoals de horeca, ervaren deze financiële druk het meest[3][4].
Regionale verschillen
Armoedeverschillen zijn ook significant per regio. Amsterdam heeft met 6,6% het hoogste percentage mensen in armoede, gevolgd door Vaals en andere grote steden als Rotterdam en Den Haag. In contrast hiermee hebben kleinere gemeenten zoals Rozendaal slechts 0,1% van hun inwoners onder de armoedegrens. Deze verschillen onderstrepen de noodzaak voor lokaal beleid dat inspeelt op specifieke regionale uitdagingen[5][6].