Tweede Kamer stemt in met omstreden mestwet: alle boeren getroffen

Tweede Kamer stemt in met omstreden mestwet: alle boeren getroffen

2024-10-15 politiek

Den Haag, dinsdag, 15 oktober 2024.
De Tweede Kamer heeft de gewijzigde mestwet van minister Wiersma aangenomen. Alle sectoren, inclusief pluimvee- en varkenshouders, worden getroffen door ‘afroming’ van dierrechten bij bedrijfsverkoop. BBB steunde de wet ondanks kritiek uit eigen achterban, uit vrees voor strengere EU-maatregelen.

Politieke steun en tegenstand

De mestwet van minister Wiersma heeft met 140 stemmen de steun gekregen van een brede coalitie, waaronder VVD, GroenLinks-PvdA, D66, CDA, SP, Denk, ChristenUnie, Volt en JA21. Enkel partijen zoals SGP, FVD en de Partij voor de Dieren stemden tegen. De wetgeving, die een afroming van dierrechten inhoudt bij bedrijfsverkoop, raakt vooral de melkvee-, varkens-, en pluimveesector. Minister Wiersma benadrukte dat deze maatregelen noodzakelijk zijn door Europese regelgeving die een einde maakt aan de uitzonderingspositie van Nederland binnen het mestbeleid[1][2].

Kritiek en zorgen vanuit de sector

Ondanks de politieke steun, stuit de wet op stevige weerstand vanuit de getroffen sectoren. De pluimvee- en varkenshouders zijn met name kritisch, omdat zij vinden dat ze onevenredig hard geraakt worden. Jan Oplaat, voorzitter van de Nederlandse Vakbond Pluimveehouders, uitte zijn zorgen over de mogelijke faillissementen binnen de sector door de nieuwe wetgeving. Caroline van der Plas van de BBB erkende dat deze sectoren hun mestverwerking op orde hebben en vond het lastig dat zij toch dierrechten moeten afstaan. Toch zag ze zich genoodzaakt om de wet te steunen, uit angst voor strengere Europese maatregelen die nog grotere gevolgen voor de sector zouden hebben[3][4].

Uitvoering en gevolgen

De wet bepaalt dat melkveebedrijven 30% van hun dierrechten moeten afstaan bij verkoop, terwijl dit voor varkens en pluimvee respectievelijk 25% en 15% is. Een amendement van ChristenUnie en BBB dat het basisjaar voor mestproductieplafonds naar 2023 verschuift, werd wel aangenomen. Dit resulteert in iets lagere afromingspercentages voor de varkens- en pluimveehouderij. De Kamer heeft tevens de regering gevraagd om de leasemarkt voor dierrechten te monitoren en te zorgen voor een systeem dat boeren minder afhankelijk maakt van deze markt. Ondanks de aanpassingen blijft de bezorgdheid groot over de impact op de sector en de bredere landbouwcrisis die dreigt[5][6].

Bronnen


nos.nl www.bnr.nl mestwet pluimvee www.melkvee.nl www.nieuwsgrazer.nl